Luchtbewakingscentrum, verplichte registratie en counterdrones: Dit besliste de Nationale Veiligheidsraad
“Als het kan, halen we ze neer.” Met die boodschap sluit minister van Defensie Theo Francken (N-VA) de Nationale Veiligheidsraad af. Die raad was samengeroepen om de dreiging van de drones te bespreken. Conclusie? Het luchtbewakingscentrum of National Air Security Center (NASC) operationeel krijgen en drones en piloten zich laten registreren. Daarnaast benadrukte de Defensieminister de optie om counterdrones in te zetten. Dat idee legt hij morgen voor op de ministerraad.
Veilige, dronevrije lucht
De Nationale Veiligheidsraad zit erop. Tegen 1 januari zal het NASC versterkt worden. Dat is het National Air Security Center in Bevekom, Waals-Brabant. Minister van Defensie Theo Francken wil namelijk dat alle veiligheidsdiensten samen een globaal beeld krijgen van het luchtruim. Na de waarnemingen van drones de jongste dagen is dat voor hem van het grootste belang. Voor de marine bestond een soortgelijk veiligheidscentrum al.
Vuur met vuur bestrijden
Verder wil minister Francken de dronecapaciteit van ons land uitbreiden. Hiervoor legt hij morgen een dossier voor op de ministerraad. Hij wil counterdrones inzetten, om de vijandige exemplaren op te sporen en te neutraliseren. "In de tussentijd moeten we geen vijandige drones toelaten op ons grondgebied en boven onze militaire basissen. Als het kan, halen we ze neer”, klinkt het bij de minister.
Verplichte registratie
Ten slotte zullen alle piloten zichzelf en hun drones moeten registreren. Als ze dat niet doen, zullen ze als vijandig beschouwd worden. Dat was tot nu toe niet verplicht voor alle drones. Dat zou het voor de veiligheidsdiensten, en in de toekomst ook het NASC, makkelijker moeten maken om vijandelijke drones op te sporen en uit de lucht te halen.
