Voor de taartbodem:
- 200 gr bloem
- 125 gr boter
- 50 gr amandelpoeder
- 30 gr kristalsuiker
- 1 tl kaneel
- 1 tl zout
- 1 ei
Voor de ganache:
- 100 gr room
- 200 gr pure chocolade
Voor de karamel:
- 300 gr kristalsuiker
- 150 gr boter
Noten:
- 300 gr gepelde amandelen
- 250 gr ongepelde amandelen
- 250 gr walnoten
De Bereidingswijze
- Doe de bloem in de mixer, voeg er het amandelpoeder bij en vervolgens de suiker. Daarna mag er een snuifje zout bij, de boter en wat kaneelpoeder. Meng dit alles gedurende 30 seconden à 1 minuut.
- Dit mengsel is brokkelig. Doe er een eitje bij voor de consistentie.
- Leg het deeg op bakpapier of verpak het in huishoudfolie. Stop het in de diepvries en laat het afkoelen.
- Neem het deeg na 15 minuten uit de diepvries en rol het uit tot zo'n 3 mm dikte. Leg het daarna in een taartvorm. Leg hier een bakpapier over om de taartbodem mooi bruin te laten bakken en hier bovenop een gewicht (bv. witte bonen) zodat de taartbodem plat blijft.
- Zet de biscuit bovenaan in een voorverwarmde oven van 180°C laat hem 10 à 15 minuten bakken. Verwijder daarna het bakpapier en het gewicht van de taart.
- Maak ondertussen de ganache. Zet de pan met room op een vuurtje. Wanneer de room begint te sudderen voeg je de pure, bittere chocolade toe. Haal daarna de pot van het vuur. Zo krijg je een mooi glanzende ganache. Strijk een mooi laagje ganache over de biscuit en zet in de koelkast.
- Om karamel te maken begin je met het smelten van de suiker. Wanneer de suiker bruin kleurt voeg je de (licht gezouten) boter en verse room toe. Laat verder bruinen, maar let op dat het niet aanbrandt. Voeg geroosterde (gepelde en ongepelde) amandelen toe en walnoten. Je kan ook gepelde pinda's gebruiken, maar deze moet je eerst roosteren.
- Vervolgens giet je dit mengsel bovenop de afgekoelde biscuit met ganache. De karamel moet opdrogen en hard worden.
- Laat de taart een uurtje rusten voor je ze aansnijdt. Serveer met zwarte koffie of vruchtensap.
Smakelijk !!!
